Porte des Bancs

In de Middeleeuwen oefende de bisschop zijn heerlijkheid uit over de slagerij in de Rue des Bancs. De slagers verkochten hun waren op kraampjes die ze langs de openbare weg hadden opgesteld. Het is dan ook in verband met de commerciële activiteit dat de straat in de 14e eeuw de naam rue des Bancs kreeg. De Porte des Bancs was een van de twee ronde torens die de hoofdpoort van de "bovenstad" omlijstten.

Het bestond oorspronkelijk uit twee ronde torens die de ingang omlijstten, met daarop een wachthuisje en afgesloten door een ophaalbrug. Van deze voormalige poort die de bovenstad afsloot, resteert links slechts één toren. Men kan nog steeds de groef zien waar de rotatie-as steunde en de groef waar de balk van het ophaalbruggenstelsel stond.

Tot de 18e eeuw was dit de enige toegang tot de bovenstad vanuit het noorden van de stad.

Toiletten zijn beschikbaar niet ver weg, aan de kant van het Rolin Museum. In de Hauts-Quartiers, waaronder de Rue des Bancs, vinden soms tijdelijke evenementen plaats, zoals straatmarkten.